BEESD - “Niemand heeft gezegd dat het hier makkelijk zou worden” zegt Anastasia Bondar, als ze vertelt hoe ze van het kastje naar de muur wordt gestuurd met het openen van een Nederlandse bankrekening. En zo zijn er meer hobbels, die Oekraïners tegenkomen nadat ze naar Gelderland zijn gevlucht om hier een bestaan op te bouwen. Maar, zo concludeert Anastasia nuchter: ‘Wat verandert er als ik er om zou huilen? Niets.”
Anastasia stapte half maart op de bus van Margriet Verbeek, die vanaf de grens bij Polen Oekraïnse vluchtelingen naar de Betuwe haalde. Ze deed dat samen met haar dochtertje Alicia. Ze kwamen terecht bij het gezin van Michelle de Groot in Beesd. Anastasia: “Toen ik ons gastgezin voor de eerste keer zag, moest ik huilen.”
Helikopters herinneren aan bombardementen
In de documentaire ‘Oekraïners in de Betuwe, blijven ze of gaan ze terug?’ volgt Omroep Gelderland Anastasia Bondar en de andere Oekraïense vrouwen die gastvrij werden opgevangen in de Betuwe. Hoe de vrouwen hier bijvoorbeeld nog steeds worden geconfronteerd met hun eigen oorlog tijdens de oefeningen van legerhelikopters in de Betuwe. Anastasia noemt dat geluid beangstigend: "Want als we thuis zulke dingen zagen of hoorden, dan verwachtten we weer een bombardement."
Maar ook hoe moeilijk het is om hier een bestaan op te bouwen, ze willen allemaal zo snel mogelijk aan het werk, zo bleek al in de bus op weg naar Gelderland. Dat was dan ook het eerste dat Anastasia zei tegen Michelle de Groot, die de Oekraïense moeder en haar dochter opving. Michelle: “En dat vond ik zo ontzettend knap en dapper, want ze had een reis van meer dan tien dagen achter de rug.”
'We willen werken'
Anastasia: “We willen hier niet alleen van de voordelen profiteren, we willen werken. We willen ons nuttig maken voor jullie, omdat jullie zo behulpzaam zijn.” Maar lukt dat ook? Dat valt nog te bezien. Zo krijgt Anastasia het maar niet voor elkaar een bankrekening te openen, omdat ze geen internationaal paspoort heeft waarop haar naam in het Engels staat. Ook niet als het er naar uit ziet dat ze eindelijk de juiste papieren bij elkaar krijgt.
Een ander struikelblok is natuurlijk het Nederlands. Iedere woensdagavond oefent een groepje fanatiek met de lastige taal. Onder hen is Victoria Yablunivska, die in Oekraïne maar liefst vijftien jaar ervaring opdeed als gynaecoloog en hier ook aan het werk wil. Lachend vertelt ze: “Ik begrijp dat ik hier niet ineens als dokter aan de slag kan. Maar ik wil de taal graag leren, zodat ik in elk geval als zuster aan de slag kan in Nederland.”
Blijven of teruggaan?
Anastasia en Victoria zien hier in Nederland een toekomst voor zichzelf en hun kinderen. Maar denken de kinderen er ook zo over? Alicia, de dochter van Anastasia: “Hier in Nederland zijn erg aardige mensen, hoor. Toch wil ik liever terug naar Oekraïne.” Ze mist haar vader en oudere broer, met wie ze af en toe contact heeft via de webcam.
Bij een ander Oekraïens gezin speelt gemis nog een grotere rol. Een moeder is weken na de busreis van Margriet via een lange reis zelf naar de Betuwe gekomen. Samen met haar twee kinderen, hun oma en een jongetje dat zijn moeder is verloren. Hoewel dat gezelschap groter is dan de twee personen waarvoor Truus van den Bogert ruimte heeft, neemt ze hen gastvrij op. Zij en haar man staan hun slaapkamer af en slapen zelf op een opklapbed in de huiskamer.
Heimwee
Maar het gaat niet goed met oma, ze wordt flink ziek. Truus van den Bogert: “Op een gegeven moment heb je door: ze is ook nog ziek gewoon van heimwee.” Daarom gaat het gezelschap eind mei terug naar Oekraïne. Truus en haar man brengen ze zelf terug.
Sommige Oekraïners keren terug naar hun thuisland. © Omroep Gelderland
En zo blijkt uit de documentaire hoe moeilijk het is voor de Oekraïense vluchtelingen om hier te aarden. Niet alleen vanwege praktische zaken, zoals de taal of een bankrekening, maar ook door de emotionele impact die het heeft wanneer je duizenden kilometers van je vaderland probeert een nieuw bestaan op te bouwen.
Geschreven door mediapartner Omroep Gelderland
© Stichting Publieke Omroep Buren, Culemborg, Vijfheerenlanden en West Betuwe (1983-2024)