WEST BETUWE - De gemeente West Betuwe start binnenkort met een pilot van groenbeheer per dorp of stad. De inwoners van zes pilotdorpen zullen hun wensen meegeven over bijvoorbeeld het onderhouden van de wildgroei. “Sommige kernen willen het gras langer laten staan vanwege de biodiversiteit of willen een deel zelf beheren. Andere kernen zien graag dat het gras wordt gemaaid voordat hun jaarlijkse evenement begint of dat er vaker wordt gemaaid en gesnoeid als het groen sneller groeit in bepaalde periodes. Naar die wensen willen wij beter naar gaan luisteren”, vertelt wethouder Rutger van Stappershoef.
Op dit moment wordt alleen het technisch beheerplan uitgevoerd in heel West Betuwe. “Groen is een zichtbaar en herkenbaar onderdeel van de leefomgeving. Maar West Betuwe is een nogal groot gebied. Daarbij hebben we een bepaalde capaciteit en bepaalde manschappen om het groenbeheer uit te voeren”, vertelt Van Stappershoef. De groei van planten is daarbij ook onvoorspelbaarder geworden vanwege het klimaat. “Er is dus een uitdaging in het goed plannen van groenbeheer en daarbij het rekening houden met de wensen van inwoners.”
Om dit probleem te verhelpen wil de gemeente een pilot van een jaar gaan uitvoeren waarin de kernen (dorpen of steden) hun wensen doorgeven. “We voeren deze pilot bij maximaal 6 kernen uit in 2026. Dan kijken we wat voor wensen er zijn en hoe die te realiseren zijn. De uitkomsten daarvan gaan we dan beoordelen met elkaar. Daarna kijken we hoe we dat verder kunnen uitrollen”, aldus Van Stappershoef.
Kerngericht werken “West Betuwe bestaat uit 26 dorpen en steden, elk met een eigen identiteit.” Sinds 2019 werkt de gemeente kerngericht na de fusie van de voormalige drie gemeenten. “Inwoners brengen via kernagenda’s wensen en ideeën in over hun leefomgeving”, vertelt Van Stappershoef. Die agenda’s gaan bijvoorbeeld over een wens voor een bankje op een bepaalde plek, maar het kan ook gaan over verlichting, toegankelijke zorg of omgaan met hitteperiodes en wateroverlast.
Die agenda’s worden bij elk dorp of stad op een andere manier ingevuld. “Een kern bepaalt zelf haar organisatie. Bij de ene kern doen ze het d.m.v. een kernagenda-groep, bij de andere noemen ze het een dorpsraad of een dorpstafel en bij de andere kern is het juist het bestuur van een dorpshuis dat het doet”, aldus de wethouder.
Uiteindelijk vormen zich verschillende punten uit de kernagenda’s. “Dan volgt een afweging of er voldoende tijd, capaciteit en budget is voor deze doelen”, legt Van Stappershoef uit. In totaal zijn de afgelopen jaren 700 kernpunten ingediend. “Daarvan zijn er al 500 punten afgehandeld of opgelost door de kernen zelf. Op dit moment worden er 149 behandeld en 21 punten moeten later nog worden opgepakt.”
Kosten Deze kerngerichte aanpak gaat natuurlijk wat extra geld kosten. “Als je zoiets opzet zijn er altijd opstartkosten in de organisatie. Maar het kan zijn dat een dorp uiteindelijk niet vijf maar drie keer per jaar wil dat het gras wordt gemaaid. Uiteindelijk kunnen de kosten dan weer afnemen”, aldus Van Stappershoef. Maar de wethouder benadrukt dat dat ook afhangt van de wensen.
Vervolg “Na afronding van deze eerste pilot volgt een evaluatie. Op basis daarvan besluit de gemeente of ook andere beheerplannen kerngericht worden aangepakt”, aldus Van Stappershoef. Denk daarbij aan beheerplannen voor wegen of openbare verlichting. De gemeenteraad blijft op de hoogte van de voortgang via rapportages.
Daarnaast gaat de gemeente in december starten met een pilot van het samenwerkings- en participatieplatform ‘Samen in West Betuwe’. Voorheen was dit project ‘Bloei!’. Het project combineert een online platform voor informatie en participatie met een structuur voor fysieke samenwerking. Op het platform zijn de kernagenda’s van alle kernen te zien en kan men zien met welke projecten elke kern bezig is. Ook biedt dit platform een manier van goede communicatie tussen de gemeente en de kernen. De pilot start in Beesd en Heukelum.